FVD-kamerlid in de problemen: OM eist geldboete om hakenkruisschandaal
Het Openbaar Ministerie heeft het FVD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen aangeklaagd voor een boete van 450 euro vanwege een 'onnodig grievende' tweet. Deze tweet was voorzien van een bewerkte foto van de voormalige ministers Ernst Kuipers en Karien van Gennip, compleet met een hakenkruisvlag.
Op de originele foto is te zien hoe Kuipers de vlag hijst voor de Sustainable Development Goals (SDG's) van de Verenigde Naties, zeventien ambitieuze doelen die onder andere armoedebestrijding nastreven. Maar van Houwelingen ziet deze doelen als 'totalitair' en 'utopisch'.
Hij vindt het zijn plicht als Kamerlid om hiertegen te waarschuwen. Zijn advocaat probeert te verdedigen dat de tweet niet persoonlijk bedoeld was, maar een breder punt wilde maken.
Bekijk hieronder: 'Thierry Baudet heeft spijt van bedreigen Jesse Klaver'
Maar de officier van justitie is het daar niet mee eens. De bewerkte afbeelding suggereert dat Kuipers de hakenkruisvlag hijst, met Van Gennip naast hem. Zo worden de ministers, volgens de officier, onterecht gelinkt aan de 'dood en verderf' van het naziregime.
De officier gelooft dat Van Houwelingen de ministers en niet alleen de SDG's bekritiseerde, en denkt dat de meeste mensen de nuance van zijn boodschap niet zullen hebben opgevangen.
Achteraf beschouwt Van Houwelingen het als een 'politiek gezien onhandige tweet'. Hij bedoelde het hakenkruis niet als een directe vergelijking met de ministers, maar als een symbool van kwaad dat gericht is op de VN-doelen.
Na een dag besloot hij de tweet te verwijderen en verving deze door een nieuwe bewerking van dezelfde foto, nu met een communistenvlag. "Het was misschien een beetje dom, of onhandig. Maar dat maakt het nog niet strafbaar," aldus zijn advocaat.
Bekijk ook: 'FVD-fractie geschorst: Van Meijeren reageert'
Het OM had vorig jaar al dezelfde boete van 450 euro geëist voor deze tweet, en omdat Van Houwelingen hiertegen in verzet kwam, vond de rechtszaak vandaag plaats. De rechtbank doet op 21 oktober uitspraak.
