De cameravrouw naar wie zanger
Joost Klein een dreigende beweging zou hebben gemaakt tijdens het Eurovisie Songfestival in Malmö overweegt om het besluit van het Zweedse Openbaar Ministerie om het
onderzoek naar de zaak te staken aan te vechten.
Dit maakte haar advocaat Kristoffer Ståhl maandag bekend. De cameravrouw was in Malmö om verslag te doen van het festival en is diep bedroefd over het besluit van de Zweedse autoriteiten.
Volgens Ståhl kwam zijn cliënt naar Malmö om haar werk te doen op een plek waar muziek, inclusie en diversiteit centraal staan. Het incident heeft haar echter diep geraakt en ze worstelt nog steeds met de gevolgen.
Klein werd kort na het incident gediskwalificeerd van het Eurovisie Songfestival. Openbaar aanklager Fredrik Jönsson verklaarde dat de cameravrouw de mogelijkheid heeft om zijn beslissing te laten toetsen door een hogere aanklager.
Mocht deze oordelen dat het besluit om het onderzoek te staken onjuist was, dan kan het vooronderzoek opnieuw worden geopend.
Omstandigheden rond het filmen
Een belangrijk punt van discussie in deze zaak betreft de omstandigheden rond het filmen van Klein. Volgens de advocaat van de cameravrouw waren er geen afspraken gemaakt dat de Nederlandse artiest niet gefilmd zou worden na zijn optreden.
Dit staat in contrast met de verklaringen van Klein en AVROTROS die beweerden dat er achter de schermen geen opnames zouden worden gemaakt. De cameravrouw benadrukt dat ze Klein niet anders behandelde dan andere kandidaten van het festival.
De European Broadcasting Union (EBU), verantwoordelijk voor de organisatie van het Eurovisie Songfestival, wordt door de cameravrouw geprezen voor de manier waarop zij de mentale en fysieke veiligheid van haar medewerkers voorop hebben gesteld.
AVROTROS en de NPO hebben aangekondigd op korte termijn met de EBU te overleggen om de situatie te bespreken. De EBU heeft ondertussen laten weten nog steeds volledig achter het besluit tot diskwalificatie van Joost Klein te staan.