Staatssecretaris Chris Jansen (PVV) kwam deze ochtend onder vuur te liggen na zijn uitspraken in het televisieprogramma Goedemorgen Nederland.
Tijdens de uitzending werd de bewindsman gevraagd of hij nog steeds achter de omstreden "minder Marokkanen"-uitspraak van PVV-leider Geert Wilders staat. Jansens antwoord was helder: “Absoluut, ja”.
Deze reactie zorgde onmiddellijk voor verontwaardiging, vooral vanuit de Tweede Kamer.
Jansen, staatssecretaris voor Openbaar Vervoer en Milieu, gaf aan dat hij als individu het recht heeft om te denken wat hij wil.
“Ik heb daar nooit afstand van genomen. Tien jaar geleden niet, en nu ook niet. Dat staat echter los van mijn werk als staatssecretaris,” aldus Jansen. Hij benadrukte dat zijn persoonlijke opvattingen zijn functioneren niet in de weg staan.
De uitspraak leidde direct tot felle kritiek vanuit de oppositie. Kamerlid Habtamu de Hoop (GroenLinks-PvdA) reageerde scherp op de woorden van Jansen en eiste dat de staatssecretaris zijn uitspraken zou herzien.
“Het is niet alleen een rabiate uitspraak, het kabinet hoort met één stem te spreken. Ik verwacht dat zowel de premier als de staatssecretaris snel afstand nemen van deze opmerkingen,” liet De Hoop weten via X (voorheen Twitter).
De bron van de controverse is de bekende toespraak van Geert Wilders uit maart 2014. Tijdens een verkiezingsbijeenkomst stelde Wilders het aanwezige publiek een reeks vragen, waaronder de beruchte vraag of zij "meer of minder Marokkanen" wilden. Het publiek reageerde toen massaal met de leus "Minder! Minder!"
Later oordeelde de rechtbank dat Wilders met deze uitspraken te ver was gegaan. Hoewel hij niet veroordeeld werd voor het aanzetten tot haat of discriminatie, oordeelde het gerechtshof in Den Haag dat hij zich wel schuldig had gemaakt aan groepsbelediging.
Wilders werd uiteindelijk veroordeeld, maar kreeg geen straf opgelegd. Zijn poging om in hoger beroep de uitspraak aan te vechten, werd door de Hoge Raad afgewezen.
De vraag blijft of Jansen zijn standpunt zal herzien onder de druk van de Tweede Kamer en of premier Mark Rutte zich zal uitspreken over deze kwestie. Voorlopig houdt Jansen echter voet bij stuk.