Dries Roelvink, een naam die bij velen herinneringen oproept aan zijn iconische gele Speedo-reclame, heeft de afgelopen jaren zijn carrière flink weten op te poetsen.
Met hits als Ik Kom Eraan en Fantastico en een succesvolle deelname aan De Toppers, heeft Dries zich opnieuw op de kaart gezet. Maar de weg naar succes was allesbehalve eenvoudig.
In een recent interview met Story blikte Dries terug op de moeilijke tijden in zijn carrière. Terwijl andere artiesten moeiteloos de hitlijsten bestormden, bleef voor hem de grote doorbraak lange tijd uit. "Er waren momenten dat ik echt begon te twijfelen aan mijn repertoire," geeft hij toe.
BN'er bijstand
Toch was Dries geen onbekende in de showbizz, en hoewel hij niet de nummer 1-hits op zijn naam had staan, viel er financieel weinig te klagen. "Ik verdiende op mijn dieptepunt zo'n 18.000 euro per maand," onthult hij met een knipoog. "Dat was zo'n beetje de BN'er-bijstand."
Met zo’n inkomen zou menig Nederlander z’n handjes dichtknijpen, maar voor Dries voelde het destijds anders. "Ik had vijftien optredens per maand voor 1.200 euro per stuk. Dat is natuurlijk niet niks, maar ik wilde meer dan alleen goed verdienen. Ik wilde erkenning."
Pas in 2011 kwam die felbegeerde doorbraak, en sindsdien is Dries niet meer weg te denken uit de muziekwereld.
Tegenwoordig kan Dries zichzelf met een gerust hart een A-artiest noemen, al gaat dat niet zonder de nodige zelfspot. "Vorig jaar was ik de meest geboekte zanger van Nederland," zegt hij trots.
"Hoewel mijn gage met 5.000 euro per optreden bescheiden is vergeleken met anderen, gaat er toch iets goed. Laatst liep ik met Tino Martin over straat, en mensen vroegen hem om een foto van ons samen te maken. Dan weet je: het zit wel snor."
Dries is misschien niet de artiest met de meeste platina platen of stadionoptredens, maar zijn aanstekelijke optimisme en humor hebben hem een plekje in de harten van veel Nederlanders opgeleverd.