Je geliefde huisdier verliezen is op zijn zachtst gezegd een tragedie, maar
Georgina verbaan besloot wel op zeer lugubere wijze het verlies te verwerken. Zij stopte haar kat
een week lang in de vriezer en koelkast, zodat ze hem nog af en toe kon aaien.
Johan Derksen geeft in
Vandaag Inside zijn ongevraagde advies aan Verbaan, en dat was behoorlijk vunzig.
René van der Gijp begrijpt het verdriet van Georgina wel. Hij heeft zelf ook de nodige huisdieren verloren: “Nee, maar het is echt vreselijk. Ik wil geen hond meer. Het is klote om ze weg te brengen.” Maar in de vriezer leggen? Dat gaat hem ook een stapje te ver. “Wij blijven erbij tot-ie inslaapt, maar ja, dan cremeren en klaar. Wat heb je eraan om hem in de vriezer te leggen? Je kunt hem niet meer uitlaten.”
Wierd Duk, Telegraaf-journalist en vaste tafelgast bij VI, vindt het maar een bizar verhaal. “Het is toch net Jiskefet, dit?” Ondertussen ziet Johan Derksen zijn kans schoon om er een vunzige grap tussen te slingeren: “Nou, als ze háár poesje erin legt, dan kom ik ’s avonds wel even aaien.”
'Dit is hysterisch'
Raymond Mens probeert nog een klein beetje begrip op te brengen: “Het klinkt misschien vreemd, maar ik wil het wel voor haar opnemen. Het ís ontzettend moeilijk. Zo’n kat kan wel 20 jaar worden. Als je daar afscheid van moet nemen, dan doet dat gewoon pijn.”
Johan kan moeilijk empathie opwekken voor de kwestie: “Dit is toch lichtelijk hysterisch? Kom op, een kat in de koelkast of vriezer leggen, dat doe je gewoon niet.”
Wilfred Genee kan er ook niet serieus over blijven. Hij komt niet meer bij van het lachen: “Dan leg je hem in de vriezer! Hahaha!”
Volgens Johan Derksen geldt er een duidelijke procedure als het aankomt op overleden huisdieren: “Kijk, als je een huisdier hebt, weet je dat dat moment ooit komt. Het is als het verliezen van een familielid, ja. Maar tegenwoordig kun je naar het crematorium, keurig netjes, urntje mee, en klaar. Maar even rustig aan, een dode kat in de ijskast? Dat doe je toch niet.”
Merel Ek, de politiek verslaggeefster van VI, vindt het vooral smerig: “Het lijkt me wel heel ranzig.” Johan kan het niet laten om nog een grap te maken: “De verse vleeswaren liggen ernaast!” En Wilfred sluit af met een laatste prik: “Even een stukje kaas pakken? Oh, wacht, er ligt een kat op!”