De Nederlandse hockeyploeg heeft voor het eerst sinds 2000 weer Olympisch goud gewonnen. In Parijs wist Oranje op donderdag Duitsland te verslaan in een zenuwslopende finale die beslist werd door shoot-outs.
De reguliere speeltijd eindigde in een 1-1 gelijkspel. Thierry Brinkman zorgde aan het begin van het vierde kwart met een tip-in voor de openingstreffer van Nederland. Duitsland kwam vier minuten later terug en maakte gelijk via een strafcorner.
Tjep Hoedemakers moest in de halve finale het veld verlaten vanwege een blessure aan zijn enkelbanden. Zijn plek werd ingenomen door zijn teamgenoot van Rotterdam, Steijn van Heijningen.
Ondanks het feit dat Hoedemakers, 26 jaar oud, de finale mist, ontvangt hij toch een olympische medaille.
Tijdens de shoot-outs toonde Nederland zich superieur. Keeper Pirmin Blaak hield bijna alle ballen tegen, terwijl Thijs van Dam, Thierry Brinkman en Duco Telgenkamp hun zenuwen bedwongen en scoorden.
Bij een stand van 2-1 kwam het aan op de 22-jarige Telgenkamp, die Oranje naar zijn eerste hockeygoud in 24 jaar schoot.
Daarmee werd het eerste Olympische goud in 24 jaar een feit voor de Nederlandse hockeyers.
De Nederlandse hockeyploeg heeft een rijke geschiedenis en behoort tot de succesvolste teams in het internationale hockey.
Het team won meerdere prestigieuze toernooien, waaronder drie wereldkampioenschappen, zes Europese kampioenschappen en acht keer de Champions Trophy. Nederland heeft ook tweemaal goud behaald op de
Olympische Spelen, voor het laatst in 1996 en 2000.
Het team kent een aantal legendarische spelers zoals Teun de Nooijer, die 453 interlands speelde, en Floris Jan Bovelander, bekend om zijn krachtige strafcorners.
De huidige bondscoach is Jeroen Delmee, die het team naar recente successen heeft geleid, waaronder het winnen van het Europees kampioenschap in 2023.